Verscheurd tussen twee leeswerelden
Over liefde voor het papieren boek én liefde voor de e-reader
Ik kocht vorige week een papieren boek, op aandringen van mijn vrouw. Ze zei dat het raar was dat ik nooit meer een papieren boek kocht, en ik moest haar gelijk geven. Dus ik liep terug naar de boekwinkel die we net hadden verlaten, en ik kocht een papieren boek.
Vroeger kon ik vier, vijf papieren boeken per week kopen. Per week. Dat betekent niet dat ik vier of vijf boeken per week las; ik was verslaafd aan het kopen. Ik kon een boekwinkel binnenlopen waar dan een overweldigende hebzucht over me heen golfde. Ik zag boeken waar ik iets over had gelezen, ik zag boeken die een mooie cover hadden, ik zag boeken die een veelbelovende eerste zin hadden, en ik wilde ze allemaal hebben.

Het risico met al die weelde: als je eigen boekenkast een snoepwinkel is waar je vrijelijk uit mag pakken, nee, graaien, dan weet je niet meer zo goed welke lekkernij je als eerste moet pakken.
Komt bij dat altijd een trage lezer ben geweest, op het luie af. Begonnen als mavo-klantje dat spuugde op de boekenlijst, langzaam opgeklommen naar iemand die wel snapte waarom boeken cool konden zijn, en uiteindelijk natuurlijk voluit overtuigd van Het Boek. Me dunkt zeg. Maar dus wel een lezer zonder solide trainingsbasis, waardoor ik nog steeds weken kan doen over een boek.
Dus die enorme hoeveelheid boeken in huis sloeg eigenlijk nergens op.
En toen kocht ik ook nog een e-reader.
Ik geloof dat dat net voor een vakantie was. Voorgaande vakanties had ik altijd een paar kilo boeken bij me, want voorraad genoeg, plus de angst dat je boeken bij je had die niet zo lekker zouden zijn als ze zich voordeden, maar handig is dat niet, dus daar kwam ie, de e-reader.
Ik had me daar voor die tijd tegen verzet, het idee van een apparaat dat je kast vol heerlijkheid aan papier een beetje besmuikt uitlacht met zijn ordinaire digitale snuitje, maar plotseling was ie er toch.
En het beviel.
Ik stopte niet meteen met het kopen van papieren boeken, maar het werden er wel minder, misschien nog 1 of 2 per maand, en toen nog af en toe een boek waarvan ik vond dat ik het op papier moest hebben omdat het bijvoorbeeld de nieuwe van een schrijver was van wie ik de rest ook in de kast had staan, en op een gegeven moment: niks meer.
Miste ik dan niets aan het papieren boek?
Zeker wel. Ik miste bij ruime vlagen het tactiele van een boek, de band die je met een fysiek boek op kan bouwen als je er lang in leest (en ik ben, zoals gezegd, een langzame lezer, dus ik las lang in vrijwel elk boek), het eigen maken van dat fysieke boek door de ezelsoren (ik ben een orenvouwer) en de vlekken die het opliep onder in mijn tas.
(Maar ik bouwde óók een band op met mijn e-reader. Dat kleine, handzame ding dat ik in mijn jaszak kon schuiven, dat ik dus altijd bij me kon hebben, met net zoveel boeken in zijn lijf als ik erop wilde zetten, en ook met die e-reader had en heb ik een tactiele relatie. Ik ben ondertussen aan mijn tweede toe, want de peuter was vorig jaar op mijn eerste gaan staan, en deze heeft een hoesje waarvan ik precies weet hoe de structuur voelt. Mijn leeservaring is niet veranderd, want ik heb nu, terwijl ik dit schrijf, zin om straks te lezen in het boek waar ik op dit moment ‘in’ zit, zoals ik dat ook kon hebben met papieren boeken.)
Wat ik ook miste: covers. Het omslag van een papieren boek dat je gedurende je leesperiode meerdere keren per dag ziet, met een ontwerp dat steeds onlosmakelijker bij dat boek gaat horen, waar je de achterflap af en toe scant, waar wellicht de foto van de auteur je zo nu en dan aanstaart. Met mijn e-reader met beschermhoesje zie ik nooit een cover; ik klap het hoesje open en de e-reader gaat ‘aan’ op de bladzijde waar ik gebleven ben. Dat doet af aan de ervaring — als ik een obscure Ier aan het lezen ben, vergeet ik soms zelfs de naam van de schrijver.
En wat ik vooral erg, erg miste: boekwinkels.
O jongens, boekwinkels. Natuurlijk kwam ik nog wel in boekwinkels, heel regelmatig zelfs, want die liefde verdween nooit. Mijn god, wat heb ik altijd van boekwinkels gehouden. Ik pakte op, ik bladerde, ik googlede recensies, en ik kocht ook nog, als ik een cadeau nodig had. Maar ik liep nooit meer een boekwinkel uit met 1, 2, 5 boeken voor mezelf. Terwijl ik vroeger — zonder overdrijven — duizelingen kon krijgen als ik in een goeie boekwinkel rondliep. Terwijl de boekwinkel zo’n grote rol heeft in het in leven houden van de literatuur. Terwijl ik mezelf nooit zo bijzonder heb gevoeld als bij het zien van een stapel van mijn eigen boeken in een boekwinkel, of toen een boekhandelaar op national tv mijn boek omhoog hield en het de hemel in prees.
Dus toen we vorige week in Boekhandel Livius De Zevensprong waren (als je ooit in Tilburg1 bent, loop binnen, want het is een heerlijke winkel), en ik daar met wederom een onbestemd gevoel naar buiten liep — wel met een kinderboek, we bleven stapels en stapels papieren kinderboeken kopen — en ik dat onbestemde gevoel probeerde te plaatsen, toen zei mijn vrouw dat dus.
’Vind je het niet raar dat je nooit meer een papieren boek koopt?’
Ja, ach, maar die e-reader…
’Maar vind je het niet raar?’
Ehm.
Ze vroeg of ik een boek had gezien dat ik graag zou willen lezen.
Nou, ja, eigenlijk wel.
Ze vroeg of ik niet terug moest gaan om het te kopen.
Dus ik ging terug om het te kopen.
En dan de epiloog.
Het boek dat ik kocht (Playground van Richard Powers) is prachtig — zowel het verhaal als het fysieke boek. Maar ik heb ook een e-book versie, want het fysieke boek is groot, zoals nog-niet-gepaperbackte Amerikaanse boeken dat kunnen zijn, en mijn langzame lezen gebeurt vooral in bed, en in bed wil je op je zij kunnen liggen, je hoofd al op je kussen, je leesmedium in je hand, in één hand wel te verstaan, de fontgrootte aangepast aan je eigen behoefte — nou ja, dáár heb ik dus een e-reader voor nodig.
Gisteravond was ik er alleen niet helemaal bij met mijn gedachten, ik dacht na over dit dilemma, en er popte een idee op: een kassabon van de boekwinkel waar voor de afgerekende papieren boeken een gepersonaliseerde QR-code staat waarmee je je e-book versies kunt downloaden.
Ik bied dit idee gratis aan bij de branche-vereniging, er leest vast wel iemand mee. Ik hoef er zelf niets aan te verdienen, ik wil gewoon het beste van twee werelden.
Voetnoot
Wij zijn in 2023 naar Tilburg verhuisd; ik ga daar nog over vertellen.
Ik maak onbewust onderscheid tussen soorten boeken en daarbij behorende leesmomenten en daar zoek ik dan de drager bij. Theaterscripts heb ik fysiek, want daar wil ik op tekenen en notities in kunnen plakken (soms ook wel op de e-reader, maar liever fysiek) en die lees ik ook heel bewust. Veel zittend aan een tafel. Korte achtergronden of specifieke verdieping heb ik vooral in audio voor tijdens wandelingen, hardlopen, etc. En ouder werk (vaak anderstalig, bv Engels, Pools, Oekraïens of Russisch) kan ik niet altijd meer fysiek kopen, dus ook daar doe ik het vaak met digitale edities. En dan zijn er prentenboeken, of echt prachtige stripverhalen (Maus, etc). Die heb ik gewoon fysiek.
Maar sommigen heb ik in drievoud (papier, e-reader en audio) omdat ik voor mijn werk (theater) veel reis. Digitaal neemt wat makkelijker meer.
—
Over dat idee: de vaste boekenprijs maakt dat onmogelijk. Ik heb vroeger ICT gedaan en voor een keten zo’n oplossing gemaakt. Maar die mocht niet online ivm. wetgeving.
Ik stapte over op de ereader toen wij op wereldreis gingen. Want een jaar lang reizen leek me te gek, maar een jaar lang zonder boeken, daar moest ik niet aan denken! Nu ben ik verknocht aan mijn ereader en heel soms koop ik een fysiek boek. Vaak boeken met prachtige platen, want die komen er op een ereader bekaaid van af. Ik heb nu ontdekt dat die het ook heel fijn doen op de iPad.